Voor christenen is Hemelvaartsdag meer dan alleen maar een welkome vakantiedag midden in de week. Het is veertig dagen na Pasen en omdat Pasen altijd op een zondag valt, betekent dit dat Hemelvaartsdag altijd op een donderdag valt. Maar het betekent ook dat de datum altijd anders is, omdat ook de datum van Pasen ieder jaar anders is.
Het is de veertigste dag na Pasen, de dag waarop Jezus Christus, Zoon van God, verrezen is uit de doden. Hij leeft, is niet meer dood. Vervolgens verschijnt Hij vaak aan zijn leerlingen. Zijn leerlingen herkennen Hem aan het ‘breken van het brood’ (de Eucharistie) en door wat Hij de leerlingen vertelt.
Daarvan staan diverse voorbeelden in het Evangelie, het boek waarin de Blijde Boodschap van Christus staat opgeschreven:
Het Emmaus-verhaal is zo’n beetje een van de meest bekende van deze verhalen. (Luc. 24:13-35)
De ongelovige Thomas: pas wanneer hij, nadat Christus verrezen is, de wonden van Jezus kan aanraken, wil hij geloven. (Joh. 20:19-31)
En dan komt het moment dat Jezus definitief naar Zijn Vader in de Hemel gaat. Hij verschijnt niet langer aan zijn leerlingen. ‘Terwijl de leerlingen naar boven kijken wordt Hij aan hun zicht onttrokken door een wolk’, zo staat in het Evangelie.
De hemel is het uiteindelijke doel ook van ons leven. Niet in deze ‘aardse tijd’, maar na onze dood. Jezus, door de dood heengegaan, heeft een plekje bij God de Vader voor ons bereid. Wij zijn uitgenodigd om daar te komen.
Nu Hij naar de hemel is gegaan heeft Hij voor dit aardse leven de leerlingen destijds, en daarmee ook ons, een Trooster en Helper gegeven. De Heilige Geest, uitgegaan van de Vader en de Zoon, wordt met Pinksteren, de vijfstigste dag na Pasen, gegeven aan hen die in God geloven en Jezus willen volgen.