Onze bisschop op bezoek in Ommel
Veel bewondering en steun voor processiepark
Zondagochtend staat hij plots in het hart van Ommel, bisschop dr. Gerard de Korte van Den Bosch. Elk weekeinde probeert hij in een van de 270 kerken in zijn bisdom aanwezig te zijn bij een eucharistieviering om mee voor te gaan in gebed maar ook om te zien wat er in die kerk gebeurt en wat er bij de mensen lokaal leeft.
In Ommel wachten hem enkele leden van de projectgroep op, die ijveren voor een grondig herstel van het Processiepark Mariaoord en de ontwikkeling van een vredespark in een deel ervan. En de bisschop laat zich niet alleen uitgebreid rondleiden door het park en informeren over de laatste stand van zaken, hij denkt bovendien mee over potentiële geldschieters en toont zich bereid ook actief zelf mee te helpen als lid van het comité van aanbeveling. “Als ik intermediair kan zijn naar andere partijen, dan doe ik dat graag,” aldus de monseigneur.
Na de mis van half tien en een vlug kopje thee schiet de bisschop in zijn jas en Bertus Berkers, een van de vrijwilligers die momenteel intensief helpen bij het achterstallige snoeiwerk in het park, en Mario Bouwmans van de projectgroep voegt hij toe: “Laten we maar eens een rondje maken.” Hij wil weten hoe groot het park eigenlijk is: ongeveer een hectare; de helft heeft monumentenstatus en gaat al 106 jaar terug in de tijd, vertellen zij hem. Hoeveel zitplaatsen, wil hij weten wijzend naar het buitengedeelte. “1100”, weet Bertus Berkers uit zijn hoofd, “maar die hebben wij niet altijd meer nodig.” De bisschop knikt, hij weet er alles van. “Maar in mei bij mooi weer, dan is het wel heel speciaal,” vervolgt Bertus. “In de plannen willen we daar ook een mobiel podium maken voor concerten, uitvoeringen of andere activiteiten die aansluiten bij het vredespark dat hier gaat komen.” Monseigneur De Korte begrijpt direct hoe je zo - met meer eigentijdse vormen en de betrokkenheid van gelovigen en niet-gelovigen – weer gemeenschapszin, onderlinge verbondenheid en ‘meer samen’ kunt bewerkstelligen.
Het park oogt alsof er een wervelwind doorheen geraasd heeft, de geestelijke uit de provinciehoofdstad neemt het vorsend in zich op. Hij ziet de hoogwerker in ruste die de kaalslag veroorzaakt heeft; tal van zieke bomen zijn gekapt, anderen zijn flink wat takken kwijt, verwilderde struiken zijn teruggesnoeid, overal liggen hoopjes groen en de kring van kapellen doet vermoeden dat daar ook een pad loopt, je ziet het momenteel echter niet.
De A67 zie je wel vanuit het hart van het park en hoor je vooral. “Die huizen daar, die zullen toch wel dubbel geïsoleerd zijn,” vraagt de prelaat enigszins bezorgd wijzend naar de Marialaan. Bertus Berkers legt uit dat Ommel de overlast van de snelweg al zo lang verdraagt. Er was een tijd dat zelf die geluidswal ontbrak. “Heeft u misschien ook nog wat invloed bij Rijkswaterstaat”, vraagt hij. De bisschop kan er wel mee lachen: “We hebben een scheiding van kerk en staat, he.”
Hij staat wat langer stil bij de Mariagrot en bij de kapellen en ziet dat daar de tand des tijds en vooral de elementen zich niet onbetuigd hebben gelaten. Bij de Calvarieberg wil hij meer weten over de geschiedenis van het bedevaartsoord, de Byzantijnse herkomst van het Mariabeeldje waaraan het dorp zijn status bij de vele duizenden pelgrims heeft te danken. Bij afwezigheid van Frans Martens kwijten de twee projectgroepleden zich zo goed als ze kunnen van hun historische taak, maar gelukkig heeft de bisschop zelf ook nog wat parate kennis. Hij ziet onder aan de berg ook het hoopje blikjes dat avondlijke bezoekers hebben achtergelaten. Bertus haalt er vrij regelmatig kruiwagens van dit soort achtergelaten troep uit. Dat is een ander onprettig aspect aan een park dat dichtgegroeid is en ondoorzichtig. Binnenkort zal het vanaf de Marialaan weer een transparanter en uitnodigender aanblik geven.
“Denkt u dat het kan lukken wat wij willen?”, is de vraag aan De Korte. Hij aarzelt geen moment: “Hier heb je veel pecunia voor nodig maar als je de begroting in delen kunt hakken, zou het toch moeten kunnen”, antwoordt de bisschop. Voor de plannen ex vredespaviljoen is alleen al een slordige half miljoen euro nodig. “We willen eerst de paden aanleggen zodat de mensen het park weer fatsoenlijk in kunnen.” “Juist ja”, reageert De Korte. “Wat kosten de paden?” Grofweg een ton, maakt Bertus Berkers hem duidelijk, net als voor de staties.
Eerder heeft hij al gevraagd of ‘we geen welgestelde katholieken in de buurt hebben’, nu noemt hij zelf enkele namen van potentiële geldschieters, fondsen. Hij knikt goedkeurend als hij hoort dat de initiatiefgroep nu grotere fondsen gaat benaderen met een uitgekiend pakket aan informatie en een grondig voorbereid en ingekleed subsidieverzoek.
Aanbeland op het plein voor de kerk laat de bisschop het als lid van het comité van aanbeveling niet alleen bij suggesties. Die club moet wat hem betreft heel snel bij elkaar geroepen worden. “We hebben allemaal onze eigen netwerken en kunnen dan kijken wat de mogelijkheden zijn. Want dit is boeiend”, zegt hij. “Als ik iets kan betekenen in contacten met of als intermediair dan hoor ik het graag. Ik ben beschikbaar om belangrijke partners bij elkaar te brengen. Met een partij als de provincie hebben wij een goeie band. Die helpt wel.”
Hij heeft lof voor wat de Ommelse mensen allemaal zelf doen, cruciaal in zijn ogen om belangrijke geldschieters over de streep te trekken. “Weet je”, zegt hij, “de een komt voor het geloof, de ander voor de vrede en de derde voor het groen. Dat is het mooie, daar moet je bondgenoten voor zoeken.” Als hij in zijn auto terug naar Den Bosch stapt, is duidelijk dat de projectgroep er een bondgenoot bij heeft.
(tekst en foto's overgenomen van www.mariaoordommel.nl)