Parochies veranderen als mensen veranderen
Mirjam Spruit en Tim Schilling - Centrum voor Parochiespiritualiteit
Parochies in Nederland zijn in beweging. Kerkbesturen en pastorale teams zijn op zoek naar manieren om de kerk nieuw leven in te blazen. Een duidelijk bewijs daarvan is het tweedaags congres ‘De Missionaire Parochie’, dat half maart in het Brabantse Oudenbosch plaatsvindt en binnen no-time volgeboekt was. Ook vanuit Limburg gaan er diverse belangstellenden naartoe. Medeorganisatoren van dit congres zijn de theologen Mirjam Spruit en Tim Schilling van het Centrum voor Parochiespiritualiteit in Nijmegen.
De basis van het congres zijn de boeken ‘Rebuilt’ en vooral ‘Als God renoveert’, die allebei vorig jaar in een Nederlandse vertaling verschenen. De boeken zijn van de hand van een Amerikaanse en een Canadese pastoor, die beschrijven hoe zij hun parochie gerevitaliseerd hebben. James Mallon, de auteur van ‘Als God renoveert’, is de keynote speaker op het congres in Oudenbosch.
Hoe verklaren jullie de enorme belangstelling voor zijn boek en het congres?
“De tijd is er rijp voor,” meent Schilling. “In de meeste bisdommen zijn de samenvoegingen van parochies bijna afgerond. Dat moest eerst gebeuren. Daaruit ontstaan nu als vanzelf vragen over hoe het verder moet. Dat is logisch, want fusie zonder visie werkt niet. Er komt ruimte voor andere vragen: hoe kom je tot nieuw geestelijk leven? Daar gaan die twee boeken op in. Weliswaar op een Canadese en Amerikaanse manier, maar de kerninzichten gelden ook in Nederland. Dat spreekt aan."
Zijn collega Spruit bevestigt dit: “Het zijn praktijkboeken over hoe je heel praktisch te werk zou kunnen gaan, in begrijpelijke taal. Het zijn ook allebei verhalen van priesters die met een team in de dagelijkse praktijk van de parochie staan, met alle problemen van dien, maar die daarin toch een weg gevonden hebben. Die kun je niet klakkeloos op de Nederlandse situatie van toepassing verklaren – Mallon zegt dat ook heel duidelijk – maar je kunt wel proberen de gedachtegang erachter te begrijpen en bekijken wat daarvan in je eigen parochie toepasbaar is.”
Wat is die methodiek dan?
Schilling: “Het begint met woorden als ‘evangelisatie’ en ‘een persoonlijke relatie met God’. Dat zijn begrippen waarmee je een jaar of tien, twintig geleden in Nederlandse parochies niet moest aankomen. We hadden als moderne mensen allemaal het idee dat we het zelf wel bepaalden hoe het moest. Deze boeken draaien dit om: God bouwt het huis. Hij is in de kerk aan het werk. Hij moet het doen, wij worden uitgenodigd met Hem meewerken. Dat begint met een persoonlijke relatie met God. Vervolgens komt Jezus’ opdracht om leerlingen te maken aan bod. Beide boeken gaan uit van die opdracht: wat betekent het om leerling van Jezus te zijn, individueel en samen? En hoe bereik je vervolgens andere mensen met die boodschap?”
Staan parochies daar nu wel voor open?
Spruit: “De enorme belangstelling voor de boeken en het feit dat het congres heel snel uitverkocht was, geeft aan dat er iets leeft in kerkelijk Nederland. God is inderdaad aan het werk. Er komen heel verschillende mensen naar het congres. Er zullen ook wel kritische geluiden te horen zijn, maar dat mag. Wij hebben helemaal niet het idee dat Mallon het antwoord is op alle problemen. De twee boeken helpen ons om fundamentele vragen te stellen: Wat geloof je? Waarom ben je kerk? Dat zijn vragen die in vergaderingen van kerkbesturen zelden besproken worden, maar wel de basis van elke parochie vormen. Ik sprak laatst een pastoraal werker die zei: ‘Ons werkoverleg ging altijd over het verdelen van taken, nooit over de inhoud. Eindelijk komt het nu wel een keer ter sprake’.”
Schilling knikt en vult aan: “De kerk is de afgelopen decennia heel sterk naar binnen gericht geweest, maar het is onze opdracht om juist naar buiten te treden, om naar mensen toe te gaan en hen in contact met God te brengen. Als je het zo bekijkt, is onze doelgroep helemaal niet kleiner geworden, maar juist veel groter. We zijn geneigd om snel meetbare resultaten te willen zien: geld, aantallen bezoekers, etc. Maar de eigenlijke vraag is: hoe is je relatie met God? Daar zijn we als kerk voor opgericht. Daar waar mensen persoonlijk geraakt zijn, komt ook iets van de grond.”
Dat is ook de kern van de zogeheten Alpha cursus, die met name in ‘Als God renoveert’ sterk aanbevolen wordt. “Omdat die er werkelijk in slaagt om ook mensen van buiten de kerk aan te spreken,” legt Schilling uit. “Dat heeft te maken met gastvrijheid: samen eten en in dan in kleine groepen over je geloof praten. Dat is de insteek. Maar denk niet dat één Alpha cursus je hele parochie verandert. Dit is een voortdurend proces.”
Dat zijn vragen die in vergaderingen van
kerkbesturen zelden besproken worden,
maar wel de basis van elke parochie vormen.
Wat is het geheim van de twee boeken?
“De methodiek die in beide boeken beschreven wordt is op zich niet nieuw, maar wordt nu goed leesbaar bij elkaar gezet,” legt Spruit uit. “Rebuilt is praktischer en Amerikaanser. ‘Als God Renoveert’ heeft meer theologische diepgang en verwijst bijvoorbeeld naar uitspraken van de pausen over evangelisatie, die daardoor in een duidelijk kader komen te staan.”
Het logo van ‘Als God renoveert’ bestaat uit drie sleutels. Die staan voor: goed leiderschap, toerusting door de heilige Geest en evangelisatie als hoogste prioriteit. Samengevat komt het er volgens Spruit en Schilling op neer dat Mallon zegt dat de priester zich moet concentreren op zijn hoofdtaken: sacramenten bedienen, verkondigen/preken en leiding geven. Spruit: “Leiding geven, is in dit geval iets anders dan anderen zeggen wat ze moeten doen! Ik hoor van priesters wel eens dat ze geen manager willen zijn. Terecht! Een leider is ook iets anders dan een manager. Een leider moet visie ontwikkelen, anderen toerusten en een goed team om zich heen formeren.”
Dit laatste is heel belangrijk, zegt Schilling. “Daar waar parochievernieuwing niet lukt, ligt het vaak aan gebrek aan echt leiderschap: er is geen visie en de priester slaagt er niet in om een goed team om zich een te verzamelen. Voor de kerk is dit een heel nieuwe manier van leiding geven, maar in andere organisaties is het heel gebruikelijk. Tussen de parochievrijwilligers zitten altijd wel mensen met ervaring op dit vlak uit het bedrijfsleven. Maak daar gebruik van.”
Er zijn ook stemmen die zeggen: de boeken zijn geschreven vanuit een heel andere kerkelijke beleving. Dat werkt in Nederland niet
“Natuurlijk is er kritiek mogelijk op deze manier van denken. Ik ging zelf ook sceptisch naar een eerdere conferentie hierover in Engeland,” bekent Spruit. “Mallon hield daar weliswaar een goede speech, maar echt geraakt werd ik door de praktijkvoorbeelden van enkele Engelse parochiepriesters, die vertelden hoe ze aan de slag waren gegaan en op een andere manier naar hun eigen rol en naar de parochie hadden leren kijken. Dat had ook tot een nieuwe beleving van hun priesterschap geleid. Een van de priesters zei: ‘Ik was eigenlijk een ambtenaar en nu ben ik weer pastor’. Parochies veranderen als mensen veranderen.”
Spruit en Schilling hopen dat er in de toekomst ‘oaseparochies’ ontstaan, waar het lukt om volgens deze methodiek te werken. “We zitten nog teveel in de structuur van de volkskerk. Zonder de goede elementen daarvan overboord te gooien, moeten we ons realiseren dat die tijd echt voorbij is,” zegt Schilling. “Neem de doop of de eerste communie. Ouders willen een ritueel voor hun kind, maar wat ze eigenlijk zouden moeten willen, is het contact met Jezus. Daar moet je dan wel met ze over in gesprek gaan. We moeten echt een andere aanpak kiezen en niet doorgaan zoals het was. God is niet veranderd, maar hoe mensen op Zijn boodschap reageren wel. Wij moeten ons afvragen hoe wij in deze tijd met Gods boodschap omgaan.”
Wat kunnen kerkbesturen doen die niet naar het congres gaan, maar wel aan de slag willen?
Spruit: “Ze zouden samen de boeken kunnen lezen of de filmpjes bekijken die op de website van De Missionaire Parochie staan. Dit helpt om samen te praten over wat er aan de hand is en om vervolgens een visie te formuleren: waar willen we heen als parochie? Daarna kun je vanuit de Alpha cursus aan de slag gaan. Bidden voor de toekomst van de parochie hoort daar nadrukkelijk ook bij. En laat priesters denken vanuit leiderschap en het vormen van een team.”
Schilling: “Voor kerkbesturen kan het heel belangrijk zijn om zakelijke onderwerpen in relatie te brengen tot het geloof. Je kunt het wel hebben over financiën en inkomsten. Maar als je dat in verband brengt met rentmeesterschap krijgt het opeens een andere lading: waarom hebben we geld nodig? Waarom vinden we het belangrijk dat er een goed dak op de kerk ligt? Omdat we er samen komen om het geloof te vieren. Als die koppeling er niet is, mis je iets. Datzelfde zien we bij Kerkbalans. Vaak wordt aan gelovigen een keurig financieel overzicht gegeven en gevraagd om bij te dragen. Maar als je er niet bij zegt dat dit geld nodig is om het evangelie uit te dragen, raakt het mensen niet. Dat zie je dus ook gebeuren.”
Het congres in Oudenbosch is overtekend. Er is zelfs een wachtlijst. Parochies die toch aan de slag willen, kunnen eventueel een beroep doen op het CPS voor een lezing of een workshop. Daarnaast zijn er nog andere instanties op dit vlak actief, zoals Xpand, Alpha Nederland of het Katholiek Alphacentrum.
Centrum voor Parochiespiritualiteit
Het Centrum voor Parochiespiritualiteit (CPS) is in 1990 in Nijmegen opgericht door de paters van het Heilig Sacrament als pastoraal dienstencentrum voor parochies in het hele land. Het centrum verzorgt lezingen, workshops, conferenties en bezinningsdagen die zich specifiek richten op pastores, leden van kerkbesturen en actieve parochievrijwilligers. Het CPS is ook betrokken bij diverse publicaties en bij het landelijk congres De Missionaire Parochie dat in maart in Oudenbosch wordt gehouden.
(dit artikel is overgenomen van Webmagazine Clavis van Bisdom Roermond)