|
|
47. Drie koningen kwamen van verre
Mt. 2
De Wijzen uit het Oosten vonden de pasgeboren Koning niet in de paleizen van Jeruzalem; hun zoektocht eindigde in het open veld van Bethlehem. Alsof de evangelist wil zeggen: de echte geschiedenis wordt niet gemaakt in de machtscentra, Jeruzalem of Rome, Washington of Moskou; maar in een uithoek waar het leven van kleine mensen zich afspeelt.
Zo worden de drie koningen hier afgebeeld, heel gewoon. Jozef heeft hen met Oosterse gastvrijheid uitgenodigd om in de stal te blijven slapen. Dan worden ze in een droom door een engel gewaarschuwd om niet naar Herodus terug te keren, want die wil het Kind doden. Wat een tragedie speelt zich hier af. Jezus kwam als Messias voor Israël, het Volk van God.
Maar de leiders en de priesters van de Joden wijzen Hem af; uiteindelijk zullen ze Hem doden aan het kruis. Maar de heidenen van verre, op zoek naar de Vorst van Vrede, vinden Hem en bieden Hem de gouden schat van hun leven, de wierook van hun gebeden en de mirre van hun opoffering.
Die dichtbij waren, bleven in duisternis achter; die veraf waren, vonden het ‘Licht der wereld’. De laatsten zullen de eersten zijn, hoe vaak zullen we dat nog horen in het evangelie.
|
|