|
|
39. Ezechiel: Levend Water
Ez. 47
De profeet Ezechiël had een visioen: hij zag een stroom van levend water uit de tempel stromen. Dat water zuiverde het vergiftigde milieu; zelfs de gifgroene Dode Zee vol zout en zwavel werd weer gezond en het wemelde er van vissen.
Volgens de bijbel vormen alle gelovigen samen een levende tempel: de aanwezigheid van God in deze wereld. Vanuit die tempel, die wij zijn, moet er een stroom van levend water uitgolven over onze zieke wereld, een vloed van heil en genezing, leven en vruchtbaarheid. Dat is een actueel thema, want we zijn met ons chemisch en nucleair afval behoorlijk bezig om de lucht en het water te vervuilen. Met alle mensen van goede wil dienen wij ons in te zetten voor een schoner milieu.
Jezus was een mens van het zuiverste water. Hij is bij uitstek de tempel van God, want God woont in Hem in alle volheid. Het is dan ook niet toevallig, dat de evangelist Johannes dit woord van Jezus heeft opgetekend: “Als iemand dorst heeft, hij kome tot Mij en drinke! Zoals de Schrift zegt: “Stromen van levend water zullen uit zijn binnenste vloeien”. (Jo.7) Toen Jezus’ hart op het kruis werd doorboord, kwam er onmiddellijk bloed en water uit. Hij werd een bron van levend water voor eindeloos velen.
En Jezus geeft ons de verzekering, dat –als wij in Hem geloven – onze levensstroom eens zal uitmonden in de oceaan van Gods barmhartigheid. Dan zal het visioen van Ezechiël werkelijkheid zijn geworden.
|
|